Ik ben de grootste angsthaas die er op de wereld rondloopt. Bij alles wat ik doe, heb ik 35 scenario’s in mijn hoofd van wat er allemaal mis kan lopen en hoe dat tot grote rampen en mijn eigen ondergang zal leiden. Mijn eerste reactie bij een briljant, uitdagend en avontuurlijk plan is het dichtstbijzijnde gat zoeken en erin wegkruipen. Ik heb echter ontdekt dat het negeren van avontuurlijke plannen juist tot rampen en ondergang leidt.

Ik was zeventien en droomde van een leven vol avontuur. Ik zag mezelf als onvervaarde kapitein over de schuimende baren varen, als een doorgewinterde ontdekkingsreiziger werelden verkennen, andere culturen en gewoonten opsnuiven, verdwalen in jungles vol planten en dieren, en onder de sterrenhemel genieten van de frisse lucht van de vrijheid. Het contrast met mijn wereld op dat moment kon niet groter zijn. Ik zat op een nette meisjesschool – strak in uniform – en werd klaargestoomd om een serieuze universitaire studie op te pakken. Op school werd grote druk gelegd op het maken van verstandige levenskeuzes. Tem je hart en zorg ervoor dat je straks brood op de plank hebt! Als ik zou mislukken, zou ik in de goot terechtkomen. Hel en verdoemenis hingen me boven het hoofd. Ik bezweek onder de druk van de saaie studiegidsen waarmee ik om de oren werd geslagen en koos voor een studie geografie.

Die keuze was eigenlijk niet eens zo gek. Mijn redenering was dat een studie geografie me in elk geval in staat zou stellen om te dromen over verre oorden en mysterieuze landen die nog ontdekt mochten worden. Groot was mijn verbazing toen ik ontdekte dat ik van de 28 wekelijkse universitaire contacturen slechts één uur werkelijk de geografie in dook. Ik werd bedolven onder wiskundige stellingen, ingewikkelde natuurkundige vraagstukken, zware scheikunde en oersaaie natuurwetenschappelijke filosofische beschouwingen. Niet echt de elementen waarmee ik mijn droomleven wilde bouwen.

Ik deed mijn best, sleepte me naar de lessen en voelde me als een vis op het droge. Ik snakte naar adem en voelde de levensvreugde langzaam wegsijpelen. Er knapte iets.

Dit was niet het leven dat ik wilde leiden. Er was echter geen ander leven mogelijk. Dit was de enige weg. Ik had de verkeerde keuze gemaakt en de boot gemist. Mijn leven was voorbij. Ik werd ziek, duikelde in een zwart gat en zat maanden huilend op de bank. Ik kreeg het stempel depressief opgeplakt. Achteraf gezien was het eerder simpelweg levensverdriet. Ik was bekaf van het leiden van een leven dat ik niet wilde en verdrietig om de begraven dromen.

Op een dag plengde ik de laatste traan. De tranen waren gewoon op. Als mijn leven toch voorbij was, dan kon ik maar beter iets gaan doen om de verschrikkelijke tijd die mij op deze aardbol nog restte zo aangenaam mogelijk te maken. Omdat ik nog steeds niet in staat was om buiten de kaders van een studie te denken, zocht ik binnen dat kader de grenzen op. Als ik dan helemaal uit mijn hart een studie zou kiezen, welke zou ik dan kiezen? Ik heb de studiegids van alle opleidingen in België en Nederland omgespit en alles opgeschreven waar mijn hart van ging zingen, zelfs als ik niet eens wist waarom precies. Kapitein op de lange omvaart, theaterwetenschap, afrikanistiek of antropologie?

Ik besloot een nieuwe studiekeuze te maken en daarin helemaal mijn gevoel te volgen, zelfs als mijn verstand zei “wat kan je nu met zo’n studie?” Er moest in elk geval een ontdekkingsreis naar andere werelden in zitten, met elementen die me deden dromen en nadenken over andere culturen en biotopen. Dit hele proces werd een ontdekkingsreis naar de ontdekkingsreiziger in mezelf. Ik werd heen en weer geslingerd tussen natuur en cultuur, tussen planten en mensen. Het was een onmogelijke keuze, zolang ik dacht dat de ene keuze de andere uitsloot. De doorbraak kwam toen ik besefte dat juist de overlap tussen beide me enorm fascineerde. Daar ging mijn hart van zingen.

Ik heb uiteindelijk de studie gekozen die me het meest deed dromen. Over exotische oorden en palmbomen, over Indianen en de Amazone, over melodieuze talen, muziek die tot mijn hart en heupen sprak en mysterieuze en verdwenen culturen. De studie die voor mij op dat moment de mooiste beelden opriep, was de studie Talen en Culturen van Latijns-Amerika (met als specialisatie etnobotanie). Ik had altijd al een fascinatie voor het continent. Ik hakte de knoop door. Ik schreef me in voor de studie. In een ander land nota bene.

En ja hoor… Daar kwamen de beren. In volle vaart kwamen ze aan gegaloppeerd.

- Wat een onnuttige studie! Daar kan je vast niet je brood mee verdienen.

- Werkelijk Nele, dan heeft het leven je zoveel verstand gegund en maak jij er dit van?

- Het zal je vast niet lukken om te slagen. Het slagingspercentage van deze studie is minder dan 12%.

- En wat zou je er daarna mee doen? In een boom in de jungle gaan hangen? Kokosnoten drinken op het strand? Wees een beetje realistisch!

Vakkundig heb ik de beren gefileerd. Ik heb de tijd genomen om ze in reepjes te snijden, te koken, te bakken en te pocheren, ze één voor één te proeven, op elk stukje te kauwen, het vel een keer aan te trekken – ook binnenstebuiten – en vervolgens de botjes weer uit te spugen. De beren waren oneetbaar. Niet te hachelen zo smerig. Ze smaakten naar vervlogen dromen en angst, naar sleur en ongezond verstand, naar verdriet en stinkende en zwaar belopen paden.

Na het fileren werd het stil in mijn hoofd. Zo stil dat ik mijn hart voelde kloppen.

Mijn brommende krokodillenbrein was in haar schulp gekropen.

Mijn interne slavenkoor lag languit te genieten van de vrijheid.

Mijn interne avonturier was uitzinnig blij en zat geconcentreerd haar knapzak in te pakken.

De berusting van de juiste keuze. Het moet het heerlijkste gevoel zijn geweest dat ik ooit had gevoeld. Stralend. Zo voelde het. Alles straalde. Mijn glimlach was zo breed dat ik bang was dat mijn oren van mijn hoofd zouden schuiven. Die glimlach heeft mijn hele studie lang op mijn gezicht gezeten. De studie was niet wat ik me ervan had voorgesteld. Het was nog beter! Onvermoede werelden gingen open, onverwachte talenten kwamen boven drijven, bijzondere kansen kwamen op mijn pad. Ik studeerde met zoveel plezier dat ik moeiteloos cum laude afstudeerde met applaus van de examencommissie. Ik had niet gestudeerd. Ik had geleefd! Ik was gegroeid. Ik had bij de Guaraní in Bolivia verbleven. Ik had avonturen beleefd. Ik had durven springen zonder vangnet en had daardoor leren vliegen. En man, wat was het uitzicht prachtig!

Tegenwoordig luister ik als mijn hart spreekt. Ik ben nog steeds een angsthaas en maak nog steeds 35 rampscenario’s in mijn hoofd bij elk avontuur dat ik droom. Niettemin voer ik mijn dromen uit. Ik leef volgens één wet: spring altijd in het diepe, want het ondiepe doet zeer. Ik ben er honderd procent van overtuigd dat het niet najagen van dromen pijnlijker is dan de krassen en kreukels die je oploopt in het najagen ervan.

En, man, o man, wat liggen er weer mooie avonturen in het verschiet ?

Deel dit op

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *